Onderwijshuisvesting
Het gemeentebestuur is verantwoordelijk voor de nieuwbouw, uitbreiding en tijdelijke huisvestingsvoorzieningen, de eerste inrichting, het herstel van constructiefouten, de verzekering en onroerendzaakbelasting. De schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van al het onderhoud en de bouwactiviteiten.
Concreet:
• Voor elke school moet adequate huisvesting geregeld zijn. Hierin moet de lange termijn duidelijk in het oog worden gehouden. Een dislocatie is een tijdelijke oplossing. Het verdient niet de voorkeur een permanente oplossing te zoeken in dislocaties. Ook als er noodgedwongen sprake is van een dislocatie moet veiligheid de hoogste prioriteit hebben;
• In het integraal huisvestingsplan (IHP) beschrijven schoolbesturen en gemeenten de huisvestingvoorzieningen die nodig zijn. Daarin wordt ook gezocht naar afstemming op beleid voor leerlingenvervoer en passend onderwijs;
• Rekening houden met het levensbeschouwelijk karakter en de identiteit van de school bij gebruikmaking van het vorderingsrecht op leegstaande lokalen;
• Zorg dragen voor kwalitatief goede onderwijshuisvesting, waarbij binnenklimaat, veiligheid en duurzaamheid prioriteit hebben; • De onderwijsgebouwen zodanig inrichten, dat tegemoetgekomen kan worden aan een toenemende diversiteit van leerlingen als gevolg van passend onderwijs;
• Bij onderwijshuisvesting moet aandacht zijn de speelruimte in en rond de school, de duurzaamheid van de gebouwen, het binnenklimaat van de gebouwen, de fysieke plek en sociale rol van de school(gebouwen) in de wijk.